Chili is een zeer uitgestrekt en smal land. In het oosten wordt Chili begrensd door het hoge Andesgebergte. Ook aan de kust zijn bergen, maar die zijn een stuk lager dan de Andes. Ze vangen wel de kou en de regen van de oceaan op. Tussen het kustgebergte en de Andes heerst een ideaal klimaat voor wijnbouw. Het land heeft een wijngaardareaal van ongeveer 120.000 hectare. De wijngaarden liggen tussen de 27e en 39e graad zuiderbreedte. Doordat Chili zo langgerekt is, zijn er enorme klimaatverschillen. In het centrale gebied zijn de omstandigheden ideaal voor wijnbouw: het heeft veel zonuren (er is aanwijsbaar meer licht dan bijvoorbeeld in Europa), de oceaan zorgt voor de juiste vochtigheidsgraad en de Andes brengt voldoende water. Bovendien valt de regen in gunstige periodes: in de winter en in het voorjaar. De zomer in januari en het najaar rond maart zijn droog.